Het correct plaatsen van hardsteen
Eigenschappen
Alvorens aan de slag te gaan met (blauwe) hardsteen, is het van belang dat we de eigenschappen van het gesteente kennen. Blauwe hardsteen is een natuursteen met kalkhoudend karakter, wat betekent dat de producten gevoelig kunnen zijn voor zuur en bepaalde chemische producten. Dankzij de hoge druksterkte en slijtvastheid is de steen zeer geschikt voor intensief belopen zones. Omdat we voor buitentoepassingen in ons klimaat ook rekening moeten houden met vorstperioden (en eventueel gebruik van strooizout) is correcte plaatsing en afwatering essentieel. Esthetisch gezien variëren hardstenen in tint en fossieltekening, we hebben immers te maken met een 100% natuurproduct. Daarom moet de plaatser/tegelzetter ook aandacht schenken aan de plaatsing zelf door (vooral tegels en wandbekledingen) vooraf of goed te sorteren en eventueel te ‘droogpassen’. Tegels vooraf openleggen en mengen uit verschillende pakken zorgt voor een homogener kleurbeeld.
Ondergrond
Een duurzame plaatsing start met een stabiele, vlakke en draagkrachtige ondergrond.
-
Binnenvloeren en -wanden
-
Ondergrond: cementdekvloer of vlakke betonnen plaat (drukvast C20/25 of hoger).
- Restvocht: ≤ 2% CM-waarde voor cementgebonden dekvloeren. De CM-waarde geeft aan hoeveel vocht er nog in de cementvloer aanwezig is, uitgedrukt in procenten (%). Deze meetwaarde is een toets die professionele tegelzetters gebruiken om te verzekeren dat de ondergrond droog genoeg is voor een duurzame plaatsing van blauwe hardsteen.
- Vlakheidstolerantie: max. 2 mm afwijking gemeten met een 2 m rei.
-
Buitentoepassingen (terrassen, opritten, dorpels)
- Ondergrond: gewapende betonnen plaat of voldoende verdichte steenslagfundering (draagkracht en waterafvoer zijn hier cruciaal). Vermijd plaatsing op een instabiel zand- of steenslagbed zonder mortel of lijm; dit zorgt nl. voor onregelmatige verzakkingen en waterinsijpeling.
- Hellingsgraad: minimaal 1,5 - 2% richting waterafvoer.
Plaatsingsmethoden
Tegels
Afhankelijk van toepassing en omstandigheden wordt gekozen voor dunbedlijm of dikbedmortel.
De lijmtechniek wordt aanbevolen voor binnentoepassingen en voor kalibreerde tegels (< 20 mm dik). Gebruik een hoogflexibele, tras-houdende lijm die geschikt is voor natuursteen. Tras is een fijngemalen, vulkanisch gesteente, namelijk tufsteen, dat voornamelijk als toeslagstof in mortel en beton wordt gebruikt. Het verbetert de verwerkbaarheid, sterkte en duurzaamheid van het bouwmateriaal en kan helpen bij het tegengaan van scheurvorming, verkleuringen en kalkuitbloei.
Dubbele verlijming (ook aangeduid als de ‘buttering-floating’-techniek) is verplicht bij tegels > 30 × 30 cm of bij buitengebruik. 100% lijmcontact vermijdt holle plekken en wateraccumulatie. De voegbreedte bedraagt idealiter minimaal 3 mm binnen en 4 tot 6 mm voor buitentoepassingen gezien de verwachte thermische werking.
Voor dikkere tegels, wildverband of buitentoepassingen raden fabrikanten aan een mortelbed van minimaal 30 tot 50 mm dik te gebruiken. Dat kan een kant-en-klare tegelmix zijn of een traditioneel zelfgemaakte cementmortel in de verhouding 1:3 (cement: gewassen zand 0/4), eventueel aangevuld met een tras- of kunstharsbinding om verkleuringen tegen te gaan. Voor een correcte inbedding en 100% contact met de mortel is het aangeraden de tegels aan te trillen. Dat kan met handmatig met een rubberen hamer of (bij grotere oppervakten) machinaal een geschikte trilplaat/aantrilapparaat.
Respecteer altijd dilatatievoegen: zowel constructieve als veldvoegen zijn noodzakelijk, zeker als het om een buitenproject gaat (om de 25 m² of max. 6 m lengte).
Dorpels en traptreden
Dorpels en trappen (traptreden) worden altijd volvlak bevestigd met aangepaste mortel of natuursteenlijm. Dorpels moeten worden voorzien van afwateringsneus of een lichte helling naar buiten toe (≥ 5 mm). Hou ook hier rekening met voldoende dilatatie t.o.v. metselwerk (middels een elastische voeg of rugvulling + kit).

Dorpels en trappen (traptreden) worden altijd volvlak bevestigd met aangepaste mortel of natuursteenlijm

Dorpels moeten worden voorzien van afwateringsneus of een lichte helling naar buiten toe
Voegen
Controleer vooraf overal de hechting: holklinkende stenen moeten herplaatst worden vóór het voegen. Voor het voegen van blauwe hardsteen raden steenleveranciers aan een speciaal ontwikkelde natuursteen-voegmortel (op basis van tras-cement of een epoxy/polymeer) toe te passen. Standaard cementvoegen kan gevaar opleveren voor uitbloei en verkleuring. De voegen goed vullen en compacteren voorkomt waterindringing. Vermijd zowel een te snelle droging (risico van scheurvorming) als een te natte verwerking (risico van uitbloei).
Afwerking en bescherming
Voor het reinigen gebruik je enkel pH-neutrale reinigers. Vermijd zuren, agressieve ontvetters of antikalkproducten. In buitentoepassingen kan eventueel een dampopen impregneermiddel toegepast worden ter bescherming tegen vuil en vorstschade. Op vlak van onderhoud volstaat een regelmatige reiniging met een neutraal product, gebruik zeker geen schurende reinigingsmiddelen.